Tegen de lamp (2005)
Een Singspiel over een Liebestod, voor sopraan, bas en klein ensemble.

Tekst en concept: Peter Swanborn
Muziek: Rita Knuistingh Neven
Duur: ± 70 minuten

Een man en een vrouw worden wakker in een onbestemde donkere ruimte, zij zien elkaar niet. Zij bevinden zich op de grens van leven en dood. Zowel de man als de vrouw verbazen zich over het feit dat zij nog steeds een lichaam hebben. Dat was niet de bedoeling. Zij wilden uit pure liefde een eind aan hun leven maken, om er zodoende zeker van te zijn dat zij op geestelijk niveau eeuwig samen zouden blijven.
Nu zij, ná hun daad, weer apart aan het woord komen, blijkt de manier waarop zij op hun liefde terugkijken, heel verschillend te zijn. De man verwijt de vrouw dat zij teveel van hem en hun relatie heeft verwacht, de vrouw verwijt de man dat hij alleen aan zijn eigen zielenheil dacht.

VII - In de zwarte paardenstraat In de zwarte paardenstraat staat het bedje van het kwaad. In de zwarte paardenstraat liggen koud in vol ornaat een man, een vrouw op heterdaad. In de zwarte paardenstraat alleen een kraai, zijn naam is Kra vloekt en krijst in het kwadraat. Geen mens die nu nog lopen gaat in de zwarte paardenstraat.

Tegen de lamp ging in juni 2005 in premičre in Theater Lantaren/Venster, Rotterdam.

Karin ten Cate, sopraan
Marc Drost, bas
Reinier van Houdt, piano
Rita Knuistingh Neven, piano
Sybren Bijleveld, klarinet
Christine Sticher, contrabas
Marieke de Vries, accordeon
Yolanda Davids, harp

Olaf Mulder, dramaturgie en regie
René A. Hazekamp, lichtdecor
Niels Smits van Burgst, illustratie